vrijdag 29 februari 2008

It's a Bloody Mess

De gebeurtenis

Laatst was ik, verleid door een intrigerende verwijzing naar een “SOA Maturity Scan”, weer eens op bezoek op de website van IBM. Dat had ik misschien beter niet kunnen doen. Ik begon enthousiast, het leek me interessant om eens te zien hoe zo'n gigant zo'n scan aanpakt. Welke niveaus zouden zij onderkennen, en welke criteria zouden ze hanteren? Zou het lijken op het vertrouwde rijtje “bevreesd, bewust, belegd, beproefd, beleid en begrepen”? En kun je dan, gegeven je huidige situatie, ook een verstandig advies krijgen over de meest effectieve ontwikkelingsstappen? Krijg je een duidelijke roadmap voor de groei naar volwassenheid?

Maar wat een gedoe is dat, zeg. Je moet je om te beginnen aanmelden. Logisch. Nou heb ik dat ongetwijfeld wel eens eerder gedaan; ik heb me tenslotte al jaren geleden verdiept in IBM's patterns for e-Business, en ik heb in de loop van de tijd ook al een hele verzameling IBM Redbooks gespaard, maar helaas, alle pogingen om met oude accounts aan te loggen mislukten jammerlijk. IBM had alle sporen van mijn bestaan in hun digitale wereld blijkbaar volledig gewist. Da's best pijnlijk. We hadden toch een hele constructieve relatie opgebouwd? Maar goed. Dan maar weer een nieuw account aangemaakt.

Jammer toch dat IBM niet gewoon gebruik maakt van de openID standaard. Dan zou je voor goed van al dat proprietary identitygedoe af zijn. Mijn ergernisniveau begon al wat te stijgen...

Uiteraard even snel louter de verplichte gegevens geregistreerd. Jammer genoeg wordt mijn standaard wachtwoord voor dit soort accounts door IBM niet geaccepteerd. En dat terwijl het wel gewoon voldoet aan de enige vermelde eis – minimaal 8 posities lang. Merkwaardig gepruts. Dan maar een ad hoc wachtwoord opgegeven, je moet tenslotte wat.

De ergernismeter stond inmiddels op 2. Toch maar snel teruggebladerd naar de Maturity Scan. Slordig trouwens, dat de site niet gewoon onthoudt waarom je je registeert, en je automatisch terugleidt naar de pagina die je wilde zien. Dat kan toch niet zo moeilijk zijn? Op andere sites werkt dat toch ook?

Oops, da's nou jammer. Ik word vanaf de pagina met de scan meteen weer teruggeleid naar de registratiepagina, met het vriendelijke doch dringende verzoek of ik toch nog maar wat aanvullende gegevens zou willen verstrekken. Dat kan toch niet waar zijn? Moet ik hiermee doorgaan? Oké dan, omdat ik toch nog steeds nieuwsgierig ben mag IBM best weten dat mijn bedrijf gevestigd is aan de Dorpsstraat in Madurodam. Als ze daar nou gelukkig van worden...

Met de meter bijna in het rood heb ik de scan uiteindelijk volbracht. Het is bepaald niet wereldschokkend. Het ziet er gelikt uit, dat wel, en bevat vooral veel verwijzingen naar IBM producten en diensten. Tsja, wat verwacht je ook anders. Maar mijn ergernis was weer dat gedaald. De scan deed het tenminste gewoon zonder haperen.

Uiteindelijk ben ik nog gezwicht voor het advies om vooral de IBM 'SOA newsletter' te gaan bekijken. Misschien dat ik daar nog wat nieuws van zou kunnen leren. Je moet toch bijblijven, niet waar? Maar hé, da's flauw, je moet hier alweer opnieuw aanloggen. Erger nog, het zojuist vers aangemaakte IBM account is hiervoor helemaal niet geldig. Je wordt gedwongen om weer een nieuw account aanmaken. Mijn adrenaline­niveau begint inmiddels gevaarlijk hoge waardes aan te nemen.

Maar wacht, het kan kennelijk altijd nog bizarder. Het ad-hoc wachtwoord dat IBM zojuist nog zonder mankeren accepteerde voldoet nu helaas niet aan de eisen van, eh, IBM. En het wachtwoord dat IBM zojuist nog weigerde, wordt gek genoeg nu ineens weer wel zonder enig probleem geaccepteerd. Is dat geen prachtig voorbeeld van ergerniswekkende SOA immaturity? Heeft de globally integrated company soms nog nooit van een enterprise directory service gehoord?

Overigens heb ik de hele newsletter uiteindelijk nooit gezien. Ik geef het eerlijk toe, ik ben volkomen verdwaald in het doolhof van de IBM website. Toch heb ik naar mijn idee, terwijl de stoom nog uit mijn oren spoot, nog behoorlijk mijn best gedaan. Ik geef niet zo snel op, en al helemaal niet als ik al een heleboel tijd heb verspild. Maar de zoekengine geeft simpelweg veel te veel hits en voornamelijk heel veel ruis. Dat is toch echt niet meer van deze tijd. Als dit representatief is voor de enterprise search service van IBM, dan is dat ver beneden het niveau dat ik vandaag de dag gewend ben. Ik heb al surfend tot vervelens toe nog meer nieuwe aanlogpagina's gekregen, allerlei onbegrijpelijke foutmeldingen te zien gekregen, en heb uiteindelijk met het oog op mijn bloeddruk de moed maar opgegeven.

Mijn gevoel over de website van IBM? It's a Bloody Mess.

Om over te peinzen

Noblesse oblige. Als je je als leverancier profileert als visionair op het gebied van enterprise architectuur, dan wekt dat bepaalde verwachtingen. Je kunt allerlei verzachtende omstandigheden aanvoeren. Natuurlijk is het dak bij de loodgieter altijd lek, en is het bij de concurrenten vast niet veel beter gesteld. Het is gewoon de zoveelste illustratie van de onvolwassenheid van de IT industrie. Allemaal 100% waar, maar het neemt de irritatie bij bezoekers en klanten echt niet weg.

Tegelijkertijd doet het je denken, wat je er van kunt leren. Het hele geval is in zichzelf in elk geval een prachtige illustratie van de noodzaak om meer onder architectuur te gaan werken. Minder chaos en meer eenheid.

Maar hoe zou je nou een complexe informatieruimte, zoals die zonder enige twijfel achter de website van IBM schuil gaat, een beetje snugger kunnen organiseren? En dat, want laten we wel realistisch zijn, onder de randvoorwaarde dat het geen volkomen verstarde, trage, onwerkbare bureaucratie oplevert. Enig idee?

Zoals zo vaak wijst de architecturele benadering de weg naar de oplossing. Wie zijn de belangrijkste belanghebbenden bij de website? De content managers? De verkopers van producten en diensten? De service managers? Nee natuurlijk niet! De website is er primair voor de klanten. Zonder klanten geen verkopen, en zonder verkopen geen inkomsten. Ook bij IBM geldt de aloude wijsheid dat de salarisketen begint bij klanten die bestellingen plaatsen en facturen betalen. Klanten zijn uiteindelijk de moeder van alle stakeholders.

En dus?

Stel dat IBM zijn website zou organiseren rondom zijn klanten en prospects. Dat de totale informatieruimte ingedeeld werd in regio's die zich op specifieke klantpopulaties zouden richten. En dat die regio's misschien nog verder gedifferentieerd zouden worden in rayons, die nog specifieker getarget zouden zijn op concrete klantgroepen. Stel dat de website zo vormgegeven zou worden dat u, als bezoeker, voortdurend de beleving zou hebben alsof u bij een bepaalde klantgroep zou horen. Dan zou het ineens niet meer zo gek zijn dat u, als u er bewust voor zou kiezen om een grens te passeren, op dat moment uw identiteitsbewijs zou moeten tonen.

Je zou je heel goed kunnen voorstellen dat er een content manager verantwoordelijk zou zijn voor het beheer van een rayon. Omdat zo´n persoon in beginsel binnen zijn rayon de vrijheid geniet om alles te doen wat zijn klanten en bezoekers tevreden zou kunnen stemmen, is er geen enkele reden waarom dat niet soepel, daadkrachtig en effectief zou kunnen zijn. Uiteraard geldt dat de overgang tussen de regio´s aan speciale voorwaarden verbonden is, en de overgang tussen gebieden aan nog strengere voorwaarden. Het herindelen van de regio´s is niet zo makkelijk, en de indeling in gebieden is nog lastiger te wijzigen. Flexibiliteit binnen de grenzen, en stabiliteit van de grenzen zelf. Is dat niet net zoiets als `separation of concerns´? Lijkt dat niet heel erg op 'high cohesion and low coupling'? Is dat niet waar je een goede architectuur aan herkent?

Die enterprise directory, die moet er natuurlijk gewoon komen. Dat is een kwestie van organisatie. Het vrije verkeer van personen vereist gewoon dat er een gemeenschappelijk identificatie­systeem bestaat. Dat kun je iedereen uitleggen. Dan blijft er nog maar één te kraken noot over. Hoe kun je op zo'n website je weg vinden? Hoe kun je voorkomen dat je een overstelpende hoeveelheid irrelevante hits krijgt? Een standaard zoekengine heeft geen idee van een indeling van de ruimte en geeft gewoon alles wat mogelijkerwijs relevant zou kunnen zijn. Maar waarom kent zo'n engine de geografische context eigenlijk niet? Waarom zou je niet, net als in een telefoongids, kunnen zoeken naar lokale items, intelokale items en internationale items? Dat is toch eerder vertoond? Een wereldkaart heeft een andere resolutie dan een stafkaart. En zelfs het domeinnamensysteem op internet is gelaagd. Waarom, zo vraag ik mij af, zou dit dan niet de geëigende zoekstrategie voor searchengines zijn?

Deze overpeinzing is bedoeld om tot nadenken te stemmen. Het is de 3de in een reeks bespiegelingen die op dit weblog gepubliceerd zal worden.

Geen opmerkingen: